Thema's E-commerce Territorialiteit (contractvrijheid)

Territorialiteit (contractvrijheid)

Eén markt betekent dat ongerechtvaardigde belemmeringen voor vrij verkeer van goederen en diensten moeten worden opgeheven. Daarbij moet de doelstelling van volledige grensoverschrijdendheid worden afgewogen tegen de noodzaak om goed werkende financieringsmodellen te garanderen. Zo maken filmproducenten gebruik van territoriale licenties om vooraf de financiering mogelijk te maken; een essentieel onderdeel van het businessmodel voor film.

Actueel:

De mogelijkheid van territoriale exploitatie
Zoals de term ‘digitale eengemaakte markt’ al aangeeft, is het streven van de Europese Commissie om belemmeringen weg te nemen die grensoverschrijdend digitaal verkeer treffen. Dat streven staat op gespannen voet met onder meer het feit dat de filmsector juist gebruik maakt van exploitatie per territorium om een film uit te baten. De Europese Commissie heeft in een eerder stadium wel aangegeven hiermee rekening te willen houden.

Inmiddels heeft de Verordening Portabiliteit het EU traject doorlopen. Deze is op 1 april 2018 in werking getreden. Dat betekent dat per die datum digitale aanbieders ervoor moeten zorgen dat hun (betaalde) dienst gedurende een bepaalde tijd voor hun klanten (de consument) beschikbaar moet zijn in andere EU landen. Er is geen vaste tijdsduur gesteld maar het gaat om bijvoorbeeld vakantie, zakenreizen, onderwijs en dergelijke. In overleg met de International Video Federation is een document beschikbaar met nadere uitleg hierover – bijlage 1.
Bijlage 2 is een NVPI uitleg en de verordening vindt u hier.

De Verordening om ongerechtvaardigde geoblocking te verbieden, heeft eveneens het EU traject doorlopen en is op 6 februari 2018 door het Europees Parlement goedgekeurd. Deze treedt eind 2018 in werking. Na intensieve lobby, zijn Audiovisuele diensten buiten de verordening gehouden en is uiteindelijk ook niet-AV copyright content (muziek, e-books, video games) erbuiten gehouden. Daar is wel een evaluatie voorzien die twee jaar na inwerkingtreding moet plaatsvinden, uiterlijk april 2021. Nederlandstalige verordening.

De voorgestelde Online Omroep Verordening omvat de regel dat het country of origin (CoO) beginsel geldt voor digitale omroep, zoals dat reeds geldt bij satelliet. Dat wil zeggen dat de rechten voor Europa in principe in het land van oorsprong worden geregeld. Het voorstel van de Europese Commissie omvat echter ook ‘uitzending gemist’ hetgeen de territoriale exploitatie kan beperken. Inmiddels hebben Europees Parlement en de Raad van Ministers zich over het voorstel gebogen en wordt de trialoog voorbereid. Beiden hebben het CoO principe beperkt. Het EP wil het alleen voor nieuws en actualiteiten programma’s; De Raad voegt daaraan toe: programma’s die volledig gefinancierd zijn en onder controle vallen van de omroep. De triloog (onderhandeling tussen Raad van Ministers, Europees Parlement en Commissie) vindt in de komende maanden plaats. Onlangs heeft de Commissie een compromisvoorstel ingebracht waar nu over wordt gesproken.